Eindafrekening continuïteitsbijdrage gewijzigd

25 april 2021

Individuele afrekening door zorgverzekeraars

Zorgverzekeraars Nederland heeft bij brief van 21 april 2021 de regeling voor de eindafrekening van de continuïteitsbijdrage gewijzigd. Zorgverzekeraars zullen, anders dan overeengekomen, niet langer de gegevens van de verzekeraars gezamenlijk nemen voor de eindafrekening, maar in plaats daarvan zullen de gegevens van de individuele verzekeraars leidend zijn.

Afwijking van eerder toezegging

Deze werkwijze wijkt af van de eerdere toezegging die is gedaan in een brief van 24 juni 2020. Destijds hadden verzekeraars aangegeven voor de afrekening van van de inhaalzorg uit te gaan van de gezamenlijke data. Op die manier zouden negatieve gevolgen (namelijk een korting vanwege inhaalzorg) worden voorkomen indien een zorgaanbieder tijdelijk een hoger aantal verzekerden van de ene zorgverzekeraar in zorg had met een gelijktijdige daling van het aantal verzekerden van een andere verzekeraar. Kort samengevat: ZN had afgesproken bij de eindafrekening de omzetten van de zorgverzekeraars gezamenlijk te bekijken om zo onbedoelde gevolgen van omzetmutaties tussen zorgverzekeraars onderling te compenseren.  Zie het nieuwsbericht van ZN daarover.

Verval korting vanwege inhaalzorg

Om deze eerdere toezegging toch gestand te doen, en de ongewenste gevolgen van een stijging van de omzet van de ene verzekeraar (zonder dat  sprake was van een macro stijging van de omzet) te voorkomen heeft ZN aangegeven dat inhaalzorg-afrekening in het geheel komt te vervallen. Dat is positief nieuws, want op deze wijze vindt er geen korting plaats voor de hogere omzet na de periode waarover de continuïteitsbijdrage is berekend (maart tot en met juni 2020). Hierdoor wordt ook tegemoet gekomen aan het door ons medio 2020 reeds geuite bezwaar dat de korting die wordt toegepast op inhaalzorg, waardoor onder kostprijs gewerkt zou moeten worden.

Weeffoutjes in de continuïteitsbijdrage?

De omzet in de maanden juli tot en met december 2020 kan dus niet meer van invloed zijn op de berekening van de definitieve continuïteitsbijdrage.

Korting bij vaststellen definitieve continuïteitsbijdrage?

Het vervallen van de regeling voor de inhaalzorg betekent niet dat er geen korting op de continuïteitsbijdrage kan plaatsvinden. De voorlopige continuïteitsbijdrage is immers berekend op basis van de omzet per maand. De definitieve continuïteitsbijdrage wordt wel berekend op basis van het gemiddelde van de omzet over de maanden maart tot en met juni 2020. Dit kan betekenen dat de uitgekeerde continuïteitsbijdrage toch te hoog is vastgesteld. Bijvoorbeeld indien in de betreffende maanden (maart tot en met juni 2020) sprake is geweest van een gerealiseerde omzet die hoger was dan de normomzet. Dan is (als het goed is) over de betreffende maand geen continuïteitsbijdrage uitgekeerd, maar is de ook de continuïteitsbijdrage in de maanden ervoor of erachter te hoog geweest. Voor meer informatie over de berekening van de continuïteitsbijdrage, zie onze analyse:

Analyse addendum, regeling en betaalovereenkomst continuïteitsbijdrage

Tussentijdse afrekening continuïteitsbijdrage is definitieve afrekening?

Recent hebben enkele zorgverzekeraars tussentijdse afrekeningen aan zorgaanbieders gezonden. Deze afrekeningen zijn voorzien in de in het kader van de continuïteitsbijdrage gesloten overeenkomst. Deze afrekeningen waren op zich wat merkwaardig, gelet op het tijdstip waarop zij plaatsvonden en de omstandigheid dat bij de definitieve afrekening nog naar de omzet van de verzekeraars gezamenlijk gekeken zou moeten worden. De huidige beleidswijziging van ZN plaatst deze tussentijdse afrekening in een ander daglicht. Het heeft er veel van weg dat de tussentijdse afrekening zoals deze thans door enkele zorgverzekeraars is uitgevoerd feitelijk de definitieve afrekening is. Want met het wegvallen van de inhaalzorg-afrekening, die ook geen onderdeel was van de tussentijdse afrekening – zo hebben wij begrepen – is deze tussentijdse afrekening redelijk maatgevend voor wat u bij de definitieve afrekening kunt verwachten.

Mochten de tussentijdse afrekening volgens u niet juist berekend zijn, dan kan het de moeite lonen om dit nu alvast te onderzoeken en indien u aanwijzingen heeft dat dit niet klopt een en ander alvast aan te kaarten bij de betreffende verzekeraar.

Voor meer informatie over, zie:

Bezwaar tegen de continuïteitsbijdrage

Deel dit verhaal:

Heeft u vragen over dit onderwerp?

Neem dan contact met ons op via:

030-2332218
post@eldermans-geerts.nl

Belangrijk zorgnieuws ontvangen?

Meld u nu aan voor de nieuwsbrief met juridisch nieuws over de zorg.
Aanmelden
  • Meld u nu aan voor onze nieuwsbrief!
    Wilt u op de hoogte worden gehouden van de laatste ontwikkelingen en veranderingen op juridisch gebied? Via onze nieuwsbrief krijgt u automatisch de laatste nieuwtjes via de e-mail toegestuurd.
  • Inschrijven nieuwsbrief