NZa wijzigt zorgspecifieke fusietoets: wat betekent dit voor zorgaanbieders?
De Nederlandse Zorgautoriteit (“de NZa”) heeft aangekondigd dat vanaf 1 juli 2022 een drietal wijzigingen wordt doorgevoerd in het beleid met betrekking tot de zorgspecifieke fusietoets. Wat de wijzigingen inhouden en welke gevolgen deze hebben voor zorgaanbieders die zich bij een fusie of overname dienen te melden bij de NZa, wordt in dit artikel toegelicht. Er is een informatiekaart van de NZa gepubliceerd op de website van de NZa.
Zorgspecifieke fusietoets
Sinds 1 januari 2014 geldt de zorgspecifieke fusietoets. Deze toets vindt zijn grondslag in de Wet marktordening gezondheidszorg (“de Wmg”) en beoogt een zorgvuldigheid omtrent de voorbereiding van fusie- en overnamebesluiten te waarborgen. Met de toets tracht de NZa mogelijke problemen ten aanzien van de bereikbaarheid en kwaliteit van zorg die na een fusie van zorgaanbieders zouden kunnen ontstaan, te voorkomen.
Het beoordelingskader dat de NZa aanhoudt, is gelegen in de kwaliteit van het besluitvormingsproces en de betrokkenheid van stakeholders, zoals cliënten en personeel. De NZa kijkt bij de beoordeling naar de gevolgen van de concentratie voor de kwaliteit, het proces van de totstandkoming van het besluit tot concentratie en de wijze waarop stakeholders bij dit besluitvormingsproces betrokken zijn. Zo wordt bijvoorbeeld getoetst of cliënten en personeel op een zorgvuldige wijze – mede gelet op hun kennis en kunde – bij de uitwerking van de concentratievoornemens betrokken zijn. In de praktijk wordt de vereiste toestemming altijd wel verleend.
Wijzigingen zorgspecifieke fusietoets
Vanaf 1 juli 2022 worden zoals gezegd enkele wijzigingen doorgevoerd in het beleid van de NZa met betrekking tot de zorgspecifieke fusietoets. De wijzigingen hebben betrekking op de reikwijdte van de fusietoets, de stakeholders die bij de besluitvorming betrokken moeten worden en de vraag welke financiële informatie de betrokken zorgaanbieders moeten aanleveren.
Reikwijdte fusietoets beperkter
In de oude situatie moesten alle concentraties die plaatsvinden binnen een concern dat in totaal door minimaal vijftig personen zorg doet verlenen, gemeld worden. De NZa heeft in dit kader een beperking aangebracht: naast de eis dat het moet gaan om een concentratie binnen een concern dat door ten minste vijftig personen zorg doet verlenen moet ook direct een zorgaanbieder bij de transactie betrokken zijn. Deze wijziging is met name relevant voor concerns die ook niet-zorggerelateerde ondernemingen in de portefeuille hebben. Indien een niet-zorgaanbieder uit de portefeuille van het concern een andere niet-zorgaanbieder overneemt, hoeft dus op grond van het nieuwe beleid niet langer gemeld te worden.
Betrekken stakeholders
Voorheen werd voor het betrekken van stakeholders aangesloten bij de Wet medezeggenschap cliënten zorginstellingen 2018 (“de Wmcz 2018”) en de Wet op de ondernemingsraden (“de WOR”). In de nieuwe situatie zijn deze wetten niet langer bepalend voor de vraag of de stakeholders moeten worden betrokken bij de besluitvorming omtrent de fusie of overname. Indien een cliëntenraad en/of ondernemingsraad aanwezig is, moeten de adviesprocedures als beschreven in de Wmcz 2018 en WOR gevolgd worden. Als deze medezeggenschapsorganen niet aanwezig zijn, moeten cliënten en personeelsleden echter alsnog gehoord worden over de voorgenomen concentratie.
Aanleveren financiële informatie
Bij de zorgspecifieke fusietoets moet financiële informatie aangeleverd worden. De NZa maakt in het nieuwe beleid onderscheid tussen twee situaties en bepaalt naar gelang de situatie welke financiële informatie de betrokken zorgaanbieders moeten aanleveren:
- Alle bij de voorgenomen concentratie betrokken organisaties hebben een positief exploitatieresultaat: in dit geval hoeft uitsluitend de( geconsolideerde) prognose van de winst- en verliesrekening voor de komende vijf jaren, de (geconsolideerde) prognose van de balans voor de komende vijf jaren en een toelichting op de opbouw – omvang en verdeling – van de financiering van de overnamesom aangeleverd te worden.
- Eén van de bij de voorgenomen concentratie betrokken organisaties heeft een negatief exploitatieresultaat: in dit geval moet, naast de onder situatie 1. genoemde informatie, ook een beschrijving of toelichting op de wijze waarop de negatieve financiële situatie wordt omgebogen, worden aangeleverd. Daarnaast moet in dit geval beschreven worden welke synergievoordelen ontstaan na de voorgenomen concentratie die mede bijdragen aan de ombuiging naar een positief exploitatieresultaat.
Als naast goedkeuring van de NZa ook de goedkeuring van een andere externe toezichthouder is vereist, moet tot slot een volledig financieel business plan worden aangeleverd. Dit financieel business plan moet bestaan uit:
- De (geconsolideerde) prognose van de winst- en verliesrekening voor de komende vijf jaren;
- De (geconsolideerde) prognosebalans voor de komende vijf jaren;
- De verwachte synergievoordelen in de komende vijf jaren;
- De geprognotiseerde integratiekosten inzake de voorgenomen concentratie; en
- De (geconsolideerde) prognose van het kasstroomoverzicht voor de komende vijf jaren.
Voor een volledig overzicht van de aan te leveren financiële gegevens verwijzen wij naar het aanvraagformulier.
Tot slot
De NZa heeft aangegeven een overgangsperiode van twee maanden te hanteren. Dat houdt in dat bij aanvragen tussen 1 juli en 1 september 2022 gekozen kan worden of de aanvraag via het oude of het nieuwe aanvraagformulier ingediend wordt. Vanaf 1 september 2022 mag niet meer gekozen worden en moet het nieuwe aanvraagformulier gebruikt worden, waarin bovengenoemde wijzigingen zijn doorgevoerd.