Goed bestuur en toezicht is van belang voor kwaliteit en continuïteit van elke onderneming. Dat geldt zeker voor de zorg, waar tekortschieten van goed bestuur grote consequenties voor patiënten kan hebben. Daarom worden door de politiek telkens nieuwe regels bedacht of aangekondigd, vaak als reactie op incidenten.
Incidenten
Voor de zorgsector was in 2006 een Zorgbrede Governancecode opgesteld en aangepast in 2010. Die code was vrij speci
Uiteindelijk heeft de markt het zelf opgepakt en is een nieuwe Governancecode Zorg 2017 ontwikkeld ter vervanging van de achterhaalde versie uit 2010. Die nieuwe code gaat uit van een meer open norm en het “pas toe of leg uit beginsel”. Dat betekent dat de zorgaanbieder of een bestuur zelf bepaalt welke bepaling en gedragsregels zij volgt en in welke gevallen gekozen wordt voor een beter alternatief, maar dat moet dan wel kunnen worden onderbouwd. En dat moet transparant gebeuren.
Open norm en toezichthouders
Zoals in Nederland verwacht kan worden, is ook daar weer veel debat over ontstaan. Want wat kun je eigenlijk met een open norm? Als je een goed verhaal hebt, kom je met veel weg. Intussen probeerden ook de toezichthouders NZa en IGJ grip te krijgen op de materie. In 2016 verscheen het document Toezicht op goed bestuur waarin te lezen viel wat de toezichthouders verwachten van goed bestuur.
In 2020 verscheen daar een aangepaste versie van. In 2018 was al verschenen een meerjarig beleidsplan 2016-2019 van IGJ onder de titel Gezond vertrouwen. De stukken maken duidelijk welke worsteling de toezichthouders voelen om grip te krijgen op goed bestuur.
Normering via regelgeving?
Ook vanuit de politiek werd de roep steeds luider om grip te krijgen op goed bestuur via regelgeving. De Wet toelating zorginstellingen (Wtzi) wordt (naar alle waarschijnlijkheid) in 2022 vervangen door de Wet toetreding zorgaanbieders (Wtza) met een keur aan verplichtingen voor nieuwe en bestaande zorgaanbieders, waaronder een meldplicht, een vergunningsplicht en verplichtingen rond intern toezicht.
En om te voorkomen dat personen met de verkeerde intenties in de zorg werkzaam zijn, is een wetsvoorstel integere bedrijfsvoering zorgaanbieders (Wibz) aanhangig gemaakt, met aanvullende voorwaarden aan dividenduitkering en het vermijden van belangentegenstelling.
Verder is een wetsvoorstel bevorderen samenwerking rechtmatige zorg aangekondigd, met het voornaamste doel zorgfraude aan te pakken. Intussen is dat voorstel controversieel verklaard en is het aan een volgende kabinet om het op te pakken.
Hetzelfde geldt voor het wetsvoorstel bevorderen contracteren, bedoeld om in deelsectoren de minister een hinderpaaltarief te laten vaststellen, hetgeen feitelijk betekent dat voor die sectoren de vrije artsenkeuze komt te vervallen. Dit voorstel is voorlopig in de ijskast gezet.
Daarnaast is het nodige te doen op het gebied van de Wet Normering Topinkomens en maatregelen rond het persoonsgebonden budget, de Jeugdwet en het Wmotoezicht.
En dan is er nog de Wet bestuur en toezicht rechtspersonen per 1 juli 2021, die beoogt maatregelen te nemen ter verbetering van de kwaliteit van bestuur en toezicht bij stichtingen en verenigingen. Daarin zijn onder meer bepalingen opgenomen die moeten waken voor tegenstrijdig belang, maar ook bepalingen inzake aansprakelijkheid en ontslag van bestuurders.
Last but not least heeft ook de rechtspraak zich geroerd. In diverse uitspraken zijn in het afgelopen decennium bestuurders en toezichthouders hoofdelijk aansprakelijk gesteld voor de gevolgen van wanbeleid.
Wordt de zorg ontregeld of ontregelen we de zorg?
Inmiddels begint de indruk te ontstaan dat ieder incident nieuwe regels uitlokt. Juist in een tijd waarin de kreet “ontregel de zorg” zou moeten leiden tot meer schrapsessies, lijkt de toename van regelgeving diezelfde weer zorg te ontregelen met extra administratieve lasten. Bovendien zal het steeds moeilijker worden om bestuurders en toezichthouders te vinden die de risico’s van het vak aandurven.
Elke bestuurder zal te maken krijgen met besluiten, waarvan de gevolgen nog niet of niet goed zijn te overzien. Maar goed bestuur gaat helemaal niet over de
juiste beslissingen. Het gaat om het juiste afwegingspad en transparantie daarover. Het gaat om de juiste motieven, namelijk handelen in het belang van de onderneming en niet in een ander of eigen belang.
Het is waar dat het moeilijk is om grip te krijgen op een open norm, maar het is de vraag of gedrag of cultuur in regels en toezicht op naleving zijn te vatten.
Tips
Voor bestuurders en toezichthouders is van belang het volgende te bedenken:
- Wees je bewust van wettelijke en statutaire verplichtingen;
- Ken de Governancecode Zorg 2017 en leef daar ook naar;
- Weet dat ook zorg
- Handel uitsluitend in het belang van de onderneming;
- Leg alle beraadslagen vast in de notulen en geef ook aan wie daarover is geraadpleegd;
- Zorg voor een goede verzekering, die ook de kosten van juridische hulp dekt;
- Wees als toezichthouder proactief en ook daarvoor geldt: “wie schrijft, die blijft”. Leg alles vast. Dat is de basis van goed bestuur en toezicht.
Dit artikel verscheen in Fizier, tijdschrift voor zorgfinancials – nr 02 – 2021.