Gemeenten zijn sinds 2015 verantwoordelijk voor de jeugdzorg en moeten de kwaliteit daarvan meten. Het hoe en wat wordt verder nauwelijks toegelicht in de wet. Dit heeft ertoe geleid dat diverse projecten zijn opgestart, waarbij gemeenten kwaliteit meten en ten behoeve daarvan persoonsgegevens opvragen bij zorgverleners en hun patiënten.
Zonder de juiste randvoorwaarden mag een zorgaanbieders geen persoonsgegevens verstrekken. Deze persoonsgegevens worden namelijk beschermd door de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) en de WGBO (het beroepsgeheim). Het is van belang dat de zorgaanbieder bij een voorgestelde kwaliteitsmeting beoordeelt of de persoonsgegevens mogen worden verstrekt. Met de volgende zaken moet u daarbij rekening houden.
1. Grondslag
Ten eerste moet het verwerkingsverbod uit artikel 9 AVG worden doorbroken. In het kader van de kwaliteit van zorg (artikel 9 lid 1 sub i) is dat waarschijnlijk wel mogelijk. Voor de verwerking is vervolgens een verwerkingsgrondslag nodig, oftewel de reden om de gegevens te gebruiken, artikel 6 AVG. Deze grondslag is met name van belang voor het uitvragen van extra gegevens bovenop de al bekende gegevens zoals declaratiegegevens. Er is een tweetal voor de hand liggende opties.
- wettelijke grondslag;
- (uitdrukkelijke) toestemming.
Als we nader gaan kijken naar deze grondslagen, blijkt dat werken op basis van een wettelijk grondslag hoogstwaarschijnlijk niet mogelijk is en dus gewerkt moet worden met toestemming.
Wettelijke grondslag
Gemeenten zijn verplicht tot kwaliteitsonderzoek, maar het lijkt erop dat de wetgever niet heeft voorzien in een bijbehorende grondslag om gegevens ten behoeve daarvan te verwerken. Sterker nog, in de Jeugdwet is zelfs uitdrukkelijk genoemd dat gegevens over de betrokkene niet zonder toestemming van deze aan derde(n) mogen worden verstrekt. Hieruit volgt dat de wetgever kennelijk ook voor kwaliteitsmetingen het beroepsgeheim niet zonder toestemming doorbreekbaar wil maken. Dit betekent dat patiënten, en hun ouders als ze willen, kunnen meewerken aan kwaliteitsonderzoek, maar hiertoe niet verplicht kunnen worden.
Toestemming
Gewerkt moet dus worden met toestemming en dat kan lastig zijn. De toestemming moet namelijk: vrij, ondubbelzinnig, geïnformeerd en specifiek gegeven worden. De verhouding tussen patiënt, gemeente en zorgaanbieder is complex en soms zelfs onder dwang tot stand gekomen. Op de juiste manier toestemming verkrijgen wordt daarmee zeer belangrijk. Geen enkele vorm van dwang mag aanwezig zijn en een weigering moet per direct geaccepteerd worden en mag geen invloed hebben op de behandeling. Bovendien moet de patiënt goed ingelicht worden over het doel van de verwerking, waar de gegevens voor gebruikt worden en door wie. Indien aan alle voorwaarden is voldaan kan de toestemming als grondslag dienen. Deze toestemming is bovendien nodig om het beroepsgeheim te doorbreken.
2. Noodzakelijkheid
Naast een juiste grondslag en een juiste doorbreking van het beroepsgeheim is ook de omvang van de kwaliteitsmeting van belang. De AVG begrenst gemeenten in hun handelen; er mogen niet meer gegevens dan noodzakelijke opgevraagd worden, artikel 5 lid 1 sub c AVG. Dat het mogelijk is bepaalde data te vergaren betekent nog niet dat je deze vervolgens mag verzamelen, integendeel. Ook het simpelweg nuttig zijn van data is onvoldoende. Zeker als je kijkt naar de gevoeligheid van de medische data van jeugdigen. De specifieke data moeten noodzakelijk zijn voor het verwerkingsdoel. Daarom moet kritisch gekeken worden naar de data die verwerkt wordt en of al deze gegevens benodigd zijn. Waarschijnlijk kan men vaak met minder data ook voldoende conclusies trekken.
Conclusie
Elke verwerking van gegevens brengt een risico met zich mee, zeker als deze gedeeld wordt met een derde partij. Mocht een gemeente u een voorstel doen voor een kwaliteitsmeting binnen de jeugdzorg, toets dan altijd of er een juiste grondslag is en of er niet te veel persoonsgegevens uitgevraagd worden. Wordt aan deze voorwaarden niet voldaan dan mag de zorgaanbieder de persoonsgegevens niet delen met de gemeente.