Nieuw wetsvoorstel: Hebben patiënten en cliënten binnenkort recht op een digitaal consult?

digitaalconsult - Wkkgz - IGJ - WGBO

Afgelopen najaar is een voor zorgaanbieders relevant initiatiefwetsvoorstel van D66 ter consultatie aangeboden. Het wetsvoorstel ziet op het invoeren van het recht op digitaal consult voor de cliënt, in de Wet kwaliteit klachten en geschillen zorg (Wkkgz). Indien het wetsvoorstel zou worden aangenomen, kan de zorgaanbieder een verzoek om een digitaal consult in principe niet zomaar meer weigeren. Reden genoeg om te bespreken wat het wetsvoorstel inhoudt, alsook wat de eerste consultatiereacties van het wetsvoorstel zijn.

Recht op een digitaal consult voor cliënten

De gedachte achter het wetsvoorstel is het versterken van de positie van de cliënt in het zorgsysteem, zo blijkt uit de consultatieversie van de memorie van toelichting. Vanuit de vraag naar digitale zorg vanuit de cliënt wordt het voorstel vormgegeven, met opname van het recht voor de patiënt op een digitaal consult.

In de memorie van toelichting en het wetsvoorstel is de volgende definitie van een digitaal consult opgenomen.

“Onder digitaal consult (of ook wel: videobellen of videoconsult) wordt verstaan een afgebakende tijdspanne waarin de zorgverlener, zoals de medisch specialist, huisarts of physician assistant, met een patiënt één-op-één contact heeft over één of meerdere zorgvragen en daarin adviseert en/of een behandeling voorschrijft.”

Tijdens de coronaperiode zijn fysieke consulten tijdelijk grotendeels vervangen door digitale consulten. Volgens de indieners van het wetsvoorstel heeft dat voordelen gehad voor zowel de cliënt als de zorgaanbieder:

  • Cliënten zouden moeilijke gesprekken met de arts prettiger ervaren in de veilige en vertrouwde thuisomgeving;
  • Reistijd en reiskosten zouden worden bespaard;
  • Voor de zorgaanbieder zou meer tijd overblijven voor andere werkzaamheden.

Huidige situatie: geen recht op een digitaal consult voor cliënten

Op basis van de huidige wetgeving kan de cliënt nog niet kiezen voor een digitaal consult; althans de zorgaanbieder kan er zelf voor kiezen of hij al dan niet instemt met het houden van een digitaal consult.

De zorgaanbieder is op basis van de Wet op de Geneeskundige Behandelingsovereenkomst (WGBO) wel al verplicht om met de cliënt te overleggen over de keuze voor een behandeling. De zorgaanbieder kiest echter vaak zelf op welke wijze de zorg wordt geleverd. Daarnaast is het praktisch gezien nog niet bij alle zorgaanbieders mogelijk om digitale consulten aan te bieden.

Een verzoek om een digitaal consult kan de zorgaanbieder op dit moment dus weigeren. De zorgaanbieder heeft daarin een eigen keuze.

Wetsvoorstel

Met het onderhavige wetsvoorstel wordt het recht op een digitale consult voor cliënten vastgelegd. Het wetsvoorstel ziet op twee aspecten:

1. Recht op een digitaal consult
Voorgesteld wordt allereerst om subonderdeel d toe te voegen aan artikel 2 Wkkgz.

“Onder goede zorg wordt verstaan zorg van goede kwaliteit en van goed niveau:

a. die in ieder geval veilig, doeltreffend, doelmatig en cliëntgericht is, tijdig wordt verleend, en is afgestemd op de reële behoefte van de cliënt;
[…]
d. waarbij op verzoek van de cliënt een digitaal consult wordt verleend, tenzij de onderdelen a tot en met c zich hiertegen verzetten.

2. Verplichting voor zorgaanbieders om praktisch gezien digitale consulten aan te kunnen bieden
Verder wordt bij het wetsvoorstel voorgesteld om in artikel 3 Wkkgz de verplichting op te nemen voor de zorgaanbieder om digitale consulten te organiseren. De zorgaanbieders zal zich zodanig moeten organiseren, dat hij digitale consulten in de praktijk ook daadwerkelijk kan aanbieden. Te denken valt dan aan een geschikte camera of webcam en aan geschikte software.

Géén digitaal consult als geen sprake is van ‘goede zorg’

Indien het wetsvoorstel zou worden aangenomen, worden zorgaanbieders in de zin van de Wkkgz daardoor in beginsel verplicht om de zorg via videobellen te verlenen, als de cliënt dat wenst. Aan een dergelijk verzoek van de cliënt hoeft echter niet altijd gehoor gegeven te worden. De zorgaanbieder mag een verzoek om een digitaal consult weigeren, indien het in de weg staat aan het verlenen van goede zorg (art. 2 sub a t/m c Wkkgz). De zorgaanbieder kan in een concreet geval een verzoek om een digitaal consult dus weigeren. Hierbij heeft de zorgaanbieder wel de verplichting om gemotiveerd aan te geven waarom in dat geval geen goede zorg kan worden geleverd bij een digitaal consult.

In de memorie van toelichting bij het voorstel wordt verwezen naar de reeds bestaande Handreiking videoconsulten van de KNMG. Hierin zijn situaties opgenomen die minder geschikt zijn voor een digitaal consult. Het betreft onder meer spoedeisende situaties, situaties waarin lichamelijk onderzoek noodzakelijk is en situaties waarin de cliënt niet in staat kan worden geacht om het consult digitaal uit te voeren (bijvoorbeeld door onvoldoende technische vaardigheden). In de memorie van toelichting wordt evenwel benadrukt dat de genoemde voorbeelden geen deel uitmaken van het wetsvoorstel. Het is wel denkbaar dat deze een beeld geven van de situaties waarin een videoconsult in de weg staat aan het verlenen van goede zorg.

Toezicht door de IGJ

De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) zal als toezichthouder in de zorg ook moeten toezien op de organisatie en uitvoering van het digitale consult bij zorgaanbieders. De IGJ dient er ook op toe te zien dat de bevoegdheid tot het weigeren van een digitaal consult door de zorgaanbieder niet wordt misbruikt. Volgens de indieners van het wetsvoorstel dient IGJ hierop te handhaven, bijvoorbeeld door een aanwijzing te geven.

Wat vinden zorgaanbieders, patiënten en verzekeraars?

Op de internetconsultatie zijn genoeg reacties binnengekomen. De inhoud van de reacties loopt uiteen, waarbij organisaties aan de zijde van de zorgaanbieders de nodige kanttekeningen bij het voorstel zetten. Patiëntenorganisaties en organisaties voor verzekeraars staan daarentegen positiever tegenover het voorstel.

De verdeeldheid bestaat in de reacties onder meer over de vraag of een digitaal consult überhaupt een positieve bijdrage levert aan de zorg. Sommigen menen dat (de mogelijkheid tot) digitale zorg bij kan dragen aan kostenvermindering, tijdsbesparing en gemak voor de cliënt. Anderen zijn juist van mening dat digitale zorg de kosten verhoogt, door de verplichte aanschaf van software. Daarnaast zouden technische problemen juist extra tijd kosten. Ook zou nog te onduidelijk zijn onder welke omstandigheden digitale zorg kan worden aangeboden waarbij de kwaliteit van zorg gelijk blijft.

Een meer gedeelde opvatting – die wij ons wel kunnen voorstellen – is dat het verankeren van het recht op digitale zorg in de wet onnodig of zelfs onwenselijk is. In de WGBO is namelijk reeds opgenomen dat de zorgaanbieder overleg voert met de patiënt (c.q. cliënt) over de te verlenen zorg. Een verplichting om de zorg in beginsel digitaal te leveren, indien de cliënt hierom verzoekt, zou kunnen leiden tot discussies tussen zorgaanbieder en cliënt. De regie voor het al dan niet houden van een videoconsult zou door de invoering van het wetsvoorstel namelijk bij de cliënt komen te liggen, terwijl de zorgaanbieder met een digitaal consult niet altijd goede zorg kan verlenen of de zorgaanbieder om andere redenen liever geen digitaal consult wil houden.

Slot
De visie van veel zorgaanbieders is, zo horen wij, dat zij uiteindelijk zelf het best de regie kunnen voeren over de wijze waarop een consult plaatsvindt. Daarbij is overleg met de cliënt prima, maar het strekt te ver om de cliënt een recht op een digitaal consult te geven.

Concluderend is er dus best wat te doen rondom dit initiatiefwetsvoorstel. Het is nog maar de vraag of het wetsvoorstel uiteindelijk als wet zal worden ingevoerd en zo ja, hoe lang dat nog zal duren. Daar zal de komende tijd meer duidelijk over worden.

Specialisten over dit onderwerp

Gerelateerde items