Onder de loep: het delen van een calamiteitenrapport met cliënten

Wkkgz - complicatie - incident - calamiteit

De Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Wkkgz) schept verplichtingen voor zorgaanbieders op het gebied van kwaliteit van zorg en omgang met klachten van patiënten. Eén van die verplichtingen is het bijhouden van een intern incidentenregister en het onderzoeken of een ongewenst voorval in de zorgverlening een calamiteit betreft. Dat onderzoek resulteert in een calamiteitenonderzoeksrapport.

Soms vragen (naasten van) cliënten inzage in dat calamiteitenonderzoeksrapport of in interne documentatie om meer inzicht te krijgen in de toedracht van een voorval. Zorgaanbieders zijn dan vaak huiverig voor het verstrekken van dergelijke interne documenten, vanwege het vertrouwelijke karakter van de gegevens en het belang van veilig melden door zorgverleners. In dit artikel trachten wij helderheid te geven over wat de rechten en verplichtingen zijn voor zorgaanbieders in dit kader.

Het verstrekken van interne documenten

Een calamiteitenonderzoeksrapport is een intern document. De Hoge Raad deed begin dit jaar uitspraak over het verstrekken van interne documenten, waarbij onder meer werd verwezen naar artikel 9 lid 6 Wkkgz. In dit artikel is bepaald dat gegevens uit het interne incidentenregister niet als bewijs kunnen worden gebruikt in onder meer een civielrechtelijke, strafrechtelijke, bestuursrechtelijke en tuchtrechtelijke procedure, behoudens gegevens met betrekking tot een calamiteit of geweld in de zorgrelatie.

De Hoge Raad oordeelde dat een patiënt (of cliënt) geen recht op inzage heeft in het interne incidentenregister van een zorgaanbieder, ook niet als sprake is van een calamiteit. Dit register is namelijk bedoeld voor kwaliteitsverbetering (het leren van fouten) en daarvoor is het nodig dat incidenten zoveel mogelijk worden gemeld. De wetgever heeft bedoeld de informatie in dit register af te schermen, zodat zorgverleners incidenten veilig kunnen melden zonder dat zij bang hoeven te zijn dat er maatregelen tegen hen worden getroffen. Op die manier voelen zorgverleners ruimte om openlijk en vrijuit te spreken en kan aldus worden geleerd van fouten. Alleen het Openbaar Ministerie, de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd en de zorgaanbieder zelf hebben inzage in het interne incidentenregister. Indien sprake is van ernstige gevallen kunnen dan eventueel maatregelen worden getroffen tegen een zorgverlener.

Het verstrekken van bepaalde informatie

Hoewel een cliënt in beginsel geen recht heeft op het inzien van interne documenten (waaronder bijvoorbeeld  en calamiteitenonderzoeksrapport), heeft hij wel recht op het verkrijgen van bepaalde informatie over een incident of calamiteit (dit volgt uit artikel 10 lid 3 van de Wkkgz). Van belang is dat er dan wel is vast komen te staan dat het voorval een incident betreft. Daar gaan wij hierna op in.

Waar heeft een cliënt recht op in geval van een incident? Het gaat dan om de aard en toedracht van het incident en er dient een aantekening van de aard en toedracht van een incident in het dossier van de cliënt te worden gemaakt. Tevens moet aantekening worden gemaakt van het tijdstip waarop het incident heeft plaatsgevonden en de namen van de betrokkenen bij het incident. De zorgaanbieder dient de cliënt in te lichten over de mogelijkheden om de gevolgen van het incident weg te nemen of te beperken. Deze verplichtingen uit de Wkkgz kunnen vanzelfsprekend pas worden nageleefd als vastgesteld is of er sprake is van een incident of niet. Het is dus van belang dat onderscheid wordt gemaakt tussen een complicatie, incident en calamiteit.

Complicatie, incident of calamiteit: wat is het verschil?

De Wkkgz beschrijft een incident als een niet-beoogde of onverwachte gebeurtenis, die betrekking heeft op de kwaliteit van de zorg, en heeft geleid, had kunnen leiden of zou kunnen leiden tot schade bij de cliënt. De kwaliteit van de zorg was bij een incident dus niet op orde. Een calamiteit wordt geduid als een niet-beoogde of onverwachte gebeurtenis, die betrekking heeft op de kwaliteit van de zorg en die tot de dood van een cliënt of een ernstig schadelijk gevolg voor een cliënt heeft geleid. Het verschil tussen een incident en een calamiteit is dus de ernst van de gevolgen. Ook bij een calamiteit was de kwaliteit van de zorg niet op orde.

Een complicatie in de zin van de Wkkgz is tot slot een onbedoelde en ongewenste uitkomst tijdens of volgend op het handelen van een zorgverlener, die voor de gezondheid van de cliënt zodanig nadelig is dat aanpassing van het (be)handelen noodzakelijk is, dan wel er is sprake van onherstelbare schade. Een complicatie betekent dus dat de kwaliteit van zorg wel op orde was, maar dat er toch een ongewenst effect van de zorgverlening heeft opgetreden. Bij een complicatie gelden de beschreven regels voor incidenten en calamiteiten in de Wkkgz niet.

Het rapport

Vaak volgt uit het calamiteitenonderzoeksrapport of sprake is van een incident/calamiteit of een complicatie. Van belang voor zorgaanbieders is dat er geen recht van een cliënt of diens naasten bestaat op inzage in het onderzoeksrapport. Dit onderzoeksrapport hoeft dus niet te worden gedeeld, zoals hiervoor beschreven, maar er moet wel worden voldaan aan de informatieplicht vanuit de Wkkgz die geldt voor incidenten. Er kan in dat kader bijvoorbeeld gekozen worden voor summiere informatie, een samenvatting van het onderzoeksrapport te delen of zelfs het integrale rapport. Het is dan wel aan te raden dit te doen in overleg met de betrokken zorgverleners, nu het afschermen van de rapporten er juist voor moet zorgen dat de betrokken zorgverleners open en vrijuit kunnen spreken over het incident/calamiteit. Welke informatie wordt verstrekt is afhankelijk van de omstandigheden in de specifieke situatie en vergt een strategische afweging in ieder specifiek geval.

Als er geen sprake is van een incident of calamiteit geldt de beschreven informatieverplichting uit de Wkkgz strikt genomen niet. En kan in principe dus worden volstaan met summierdere informatie. Ook in het geval sprake is geweest van een complicatie mogen zorgaanbieders (bepaalde informatie uit) het rapport delen, als zij daartoe aanleiding zien. Voorstelbaar is immers dat enige informatie over de toedracht verzachtend kan werken bij de (naasten van) cliënt. De informatie kan overigens ook mondeling in een gesprek worden gedeeld.

Een en ander volgt ook uit de Gedragscode Openheid medische incidenten; betere afwikkeling Medische Aansprakelijkheid 2022 (hierna: “GOMA”). Met name aanbeveling 11 GOMA is in deze situatie van belang, waarin staat:

De zorgaanbieder biedt de patiënt aan het calamiteitenrapport betreffende een op de patiënt betrekking hebbende calamiteit samen te bespreken; de patiënt ontvangt desgewenst een schriftelijke samenvatting van het rapport.”

Overigens is de GOMA, anders dan de Wkkgz, geen wet, maar een richtinggevend document.

Meldplicht bij IGJ in geval van een calamiteit

In de Wkkgz is opgenomen dat de zorgaanbieder onverwijld een melding moet doen bij de IGJ, als sprake is van een calamiteit. In artikel 8.7 van het Uitvoeringsbesluit Wkkgz is vervolgens bepaald dat de zorgaanbieder onderzoek moet doen met inachtneming van de eisen van de IGJ.

De IGJ heeft daartoe de Richtlijn calamiteitenrapportage opgesteld. Daarin staat een aantal verplichtingen met betrekking tot het betrekken van de cliënt bij het onderzoek.

Het is aldus goed om rekening te houden met deze richtlijn van de IGJ.

Conclusie

Kortom, zorgaanbieders zijn niet verplicht tot het delen van interne documenten, waaronder het calamiteitenonderzoeksrapport. Maar soms kan het wel aan te raden zijn. Dat is afhankelijk van de situatie. Indien sprake is van een incident of een calamiteit moeten zorgaanbieders op grond van de wet wel bepaalde informatie delen met de cliënt. Zorgaanbieders zijn vrij in het bepalen van de manier waarop deze informatie wordt gedeeld, zolang dit voldoet aan de informatieplicht vanuit de Wkkgz. Er zal dus per geval moeten worden bekeken welke informatie met de cliënt wordt of moet worden gedeeld. Het is goed hierbij zowel de belangen van de cliënt als die van de betrokken zorgverleners in ogenschouw te nemen.

De ervaring leert dat zorgaanbieders regelmatig inzageverzoeken ontvangen en dat het lastig wordt bevonden welke informatie dan wel en niet gedeeld kan of zelfs moet worden. Indien u als zorgaanbieder hier tegenaan loopt, neem dan contact met ons op om te kijken hoe wij u hierbij kunnen helpen.

Specialisten over dit onderwerp

Gerelateerde items